Zr. Ria: Tuinieren

Wat met warmte en zachtheid wordt benaderd kan zich openen.

Zr. Ria

Waaruit bestaan je werkzaamheden?

Een van mijn bezigheden in onze communiteit bestaat uit het werken in onze tuin. In aanmerking genomen dat wij in een stadswijk wonen, hebben we een mooie, grote tuin. Er valt heel wat te doen en te beleven! Wat ik zoal doe? Oude plantenresten verwijderen, snoeien, onkruid wieden, bemesten, meterslange hagen knippen, planten oppotten en opbinden, slakken het leven moeilijk maken, plantenbakken schoonmaken en opnieuw vullen, plantjes uitzetten, zonnebloemen laten ontkiemen op de vensterbank in mijn kamer totdat zij verhuizen naar de tuin.

Wat beleef je eraan?

Ik vind het heerlijk om buiten te zijn. Het werk in de tuin doet me goed naar ziel en lichaam. Om met dat laatste te beginnen: ik blijf er fit door. Bij mijn andere werkzaamheden zit ik veel. In de tuin gebruik ik spieren die ik anders niet zo gauw gebruik. Het geeft zoveel voldoening om lekker moe (en vies) te worden en me één te voelen met de natuur. Mijn hoofd wordt leeg van het werken in de tuin en dat doet me heel goed. Het geeft ontspanning, de dingen die me kunnen bezetten worden gerelativeerd. Ik begeef me van karwei naar karwei, één grote stroom van concreet, aards werk.
In deze tijd van het jaar is de tuin prachtig, het nieuwe leven is niet te stuiten. Bomen, heesters, planten: alles wordt bedekt met blad en bloemen. Ze hebben prachtige kleuren die altijd in harmonie zijn met hun omgeving. Op het moment geniet ik heel erg van de bloeiende clematis in onze tuin. Daar hoef ik helemaal niets aan te doen. Die is er gewoon, ieder voorjaar opnieuw als een prachtige, overvloedige gave. In de afgelopen weken was het lange tijd koud. De bloemen bleven dicht. Dat is een van de levenslessen die moeder aarde me zomaar geeft: wat met warmte en zachtheid wordt benaderd kan zich openen!

Heeft de spiritualiteit van Clara je iets te zeggen bij deze bezigheid?

Clara heeft ooit gezegd dat de zusters God moeten loven bij het zien van de bomen en planten. Daar denk ik vaak aan. De verwondering om de natuur opent me voor het Geheim van alle leven.
Aan het einde van haar leven schreef Clara een geestelijk testament. Hierin roept zij haar zusters op trouw te blijven aan hun roeping en levensvorm. Aan het einde bidt zij dat God die het goede begin gaf, ook de groei en volharding zal geven. Dat raakt me. Wij kunnen in wat we doen voorwaarden scheppen en natuurlijk doet ons werk ertoe, maar de groei of het uiteindelijke resultaat is niet van of aan ons. Dat is telkens weer een leerschool. Soms vind ik mezelf te belangrijk, alsof het allemaal van mij afhangt. Dat is een valstrik. De tuin leert me dat en werkt bevrijdend.